Afkopen pensioen: netto weinig overhouden
Het is lange tijd een bij ondernemers populair middel geweest voor planning van oudedaginkomen: de pensioen-BV. In een pensioen-BV werd door de werk-BV premie belegd om een pensioentoezegging aan de ondernemer veilig te stellen. Door fiscale veranderingen is de opbouw van pensioenvermogen niet meer toegestaan zoals het ging. Er zijn incentives geweest om de pensioenverplichtingen aan ondernemers af te storten in lijfrenteproducten, en als dat niet gewenst was de verplichting om te zetten in een oudedagsvoorziening (ODV). Veel ondernemers hebben afgestort of omgezet, en het aantal pensioen-BV’s is flink minder geworden.
Zo’n afgestorte lijfrente zorgt er nog steeds voor dat de belastingschuld over de toekomstige uitkering in stand blijft. Je hebt immers de inleg afgetrokken van je fiscale inkomen. Als er dan is afgestort staat je tegoed op een soort geblokkeerde rekening, of in een geblokkeerde polis. Wat nou als je dat kapitaal toch echt eerder nodig hebt? Dan is de fiscale behandeling nogal onvriendelijk. Niet alleen betaal je inkomstenbelasting in de hoogste schijf (49,5%) maar bovendien 20% revisierente. Dat doet de (voormalige) ondernemer zeer in de portemonnee.
Hoe bereken je de revisierente
De revisierente die je moet betalen is het laagste van de volgende twee bedragen:
– 20% van het opgenomen lijfrentetegoed; of
– de revisierente die wordt berekend op basis van de tegenbewijsregeling.
Van de tegenbewijsregeling kan gebruik worden gemaakt als de lijfrenteaanspraak minder dan 10 jaar voor het jaar waarin de afkoop heeft plaatsgevonden, is ontstaan. Bij de tegenbewijsregeling wordt een berekening gemaakt van het rentenadeel dat de Belastingdienst heeft geleden, omdat er – achteraf gezien ten onrechte – lijfrenteaftrek is genoten waardoor er te weinig inkomstenbelasting is betaald. Als de op die manier berekende belastingrente lager uitvalt dan 20% van het opgenomen tegoed op moment van deblokkering/afkoop, dan wordt dit lagere bedrag in rekening gebracht.
In een recent Kennisgroepstandpunt van de Kennisgroep verzekeringsproducten en assurantiebelasting en de Kennisgroep formeel recht (KG:070:2024:4), is het standpunt ingenomen dat voor de tegenbewijsregeling een nieuwe aanspraak ontstaat bij de geruisloze omzetting van een ODV in een lijfrenterekening. Stel dat er anno 2024 nog geen 10 jaar zijn verstreken (de meeste ODV zijn ontstaan in of net vóór 2019), kun je gebruik maken van de tegenbewijsregeling. Voor de berekening mag het bedrag van de afstorting van de ODV worden gebruikt als fictieve premieaftrek.
De berekening van de te betalen belastingrente via de tegenbewijsregeling kan op eenvoudige wijze worden gemaakt via het hulpmiddel dat de Belastingdienst daarvoor beschikbaar heeft gesteld: Revisierente berekenen over de afkoop van uw lijfrente (belastingdienst.nl). Elke situatie is maatwerk. Maar het is voorgekomen dat met de uitgangspunten uit een casus het hulpmiddel berekende dat je € 19.603 in plaats van € 60.000 aan revisierente moet betalen.
Let op! Je moet een verzoek doen om toepassing van de tegenbewijsregeling. Dit doe je door in je aangifte het berekende bedrag aan verschuldigde revisierente in te vullen. De berekening kun je het beste bewaren. De Belastingdienst kan hier om vragen.
Het kan dus ook anders
Met dit recente standpunt hebben we een mooi financieel planningsinstrument in handen om de ODV fiscaalvriendelijk via de lijfrenteroute af te kopen. Door de ODV immers onmiddellijk, of in ieder geval zo kort mogelijk na de omzetting af te kopen, ontloopt men grotendeels de heffing van 20% revisierente. Het is niet ondenkbaar dat dit standpunt er toe zal leiden dat meer voor gekozen wordt om een ODV af te kopen. De vraag is of dit dan aanleiding geeft tot reparatiewetgeving. De tijd zal het ons leren.
Ten grondslag aan de berekening van de revisierente volgens de tegenbewijsregeling ligt onder meer de belastingrente. Hoe deze belastingrente zich de afgelopen jaren heeft ontwikkeld kun je vinden op de site van de Belastingdienst. Voor de heffing van inkomstenbelasting bedraagt deze momenteel maar liefst 7,5%, zowel voor te betalen als te vergoeden belastingrente.
Onze dank
Dit artikel is bijna letterlijk afkomstig van de Nieuwbrief FJA van onze business partner Nationale Nederlanden. Het is waardevolle vakliteratuur die we ook andere belanghebbenden niet willen onthouden. Bovenstaande is overigens geen advies. Advies berust op feiten en omstandigheden van elke belastingplichtige. Zonder overeenkomst met een cliënt aanvaarden we geen aansprakelijkheid voor toepassing zonder gekwalificeerd individueel advies.